entirely en Neerlandés

Ejemplos
This is not entirely true.
Dit is niet volledig waar.




Did you read it entirely?
Hebt u alles gelezen?




I am entirely at your service.
Ik ben helemaal tot uw dienst.




It was entirely his fault.
Het was zijn eigen schuld.




It's entirely my fault.
Het is helemaal mijn schuld.




Lesotho is entirely surrounded by South Africa.
Lesotho is volledig omringd door Zuid-Afrika.




That's not entirely true.
Dat is niet helemaal waar.




The Latin language is not entirely unknown to me, but I altogether lack the ability to speak it.
Ik ken wel Latijn, maar ik kan het helemaal niet spreken.




You are entirely correct.
Je hebt helemaal gelijk.




In Thailand, bringing up the children isn't the father's responsibility; it's entirely up to the mother.
In Thailand is de opvoeding van de kinderen niet de verantwoordelijkheid van de vader; het is geheel aan de moeder.




Sinónimos
2. completely: totally, fully, altogether, wholly, quite