Neerlandés → Inglés - onwelwillend behandelen v. disoblige » Ejemplos onwelwillend adj. ill affected » Ejemplos behandelen v. treat, handle, relate to, deal with » Ejemplos Siguiente términos en Neerlandés onwennig onwerkelijk onwerkelijkheid onwerwacht onwetend onwetendheid onwetenschappelijk onwettelijk onwettig onwettigheid onwezenlijk onwijs onwil onwillekeurig onwillekeurig ontslag onwillig onwillige manslag onwilligheid onwrikbaar onwrikbaarheid